Waar komen we de denkwijze tegen?


In het dagelijks leven:

In het dagelijks leven gebruiken we structuur-functie denken bijvoorbeeld als we zoeken naar een geschikt voorwerp om iets mee open te maken, gemorst water te absorberen of iets heets aan te pakken. We zoeken dan naar een structuur met een eigenschap die past bij een gewenste functie. Omgekeerd zoeken we soms naar een functie als we een voorwerp tegenkomen waarvan we niet weten waarvoor het dient.

In diverse beroepen zoek je naar een technische oplossing van een probleem, rekening houdend met gebruik, materiaaleigenschappen en duurzaamheid. In de wetenschap zoeken we naar moleculen die een bepaalde receptor kunnen blokkeren of onderzoeken we de functie van bepaalde gedragingen van dieren. Ook in de archeologie komen we structuur-functie denken tegen als een voorwerp gevonden wordt waarvan de mogelijke functie wordt onderzocht.

Op school:

In het vak biologie is structuur-functie denken opgenomen in de examenprogramma’s havo en vwo. Structuur-functiedenken kan op elk organisatieniveau worden toegepast; de vraag naar de functie kan slaan op het gedrag van een dier, de vorm van een orgaan, maar ook op de vorm van een cel of van een molecuul. Andersom kan je ook starten bij een functie zoals afsluiten of herkennen, en zoeken naar de structuren in een organisme die daarvoor zorgen (redeneren van functie naar structuur. Het type verklaring dat dit oplevert is een functionele verklaring. Hierbij wordt beargumenteerd dat een bepaalde structuur van belang is voor de overleving van een organisme en daardoor in de evolutie een selectievoordeel heeft gehad.

In techniek en in technische toepassingen van scheikunde en natuurkunde bedoelen we met functie de betekenis die iets heeft voor gebruik door de mens, en is het de mens die het ontwerp bedenkt. Hierbij worden vaak relaties gelegd tussen de moleculaire bouw van stoffen of de structuur van materialen en de eigenschappen ervan zoals warmtegeleiding, buigzaamheid, polariteit, giftigheid etc. In de scheikunde wordt daarom meer gesproken over de relatie (moleculaire) structuur-eigenschap, met name bij makro-micro beschrijvingen van producten.