Afname en toetsevaluatie schrijfvaardigheid

28 mei 2020

Hieronder volgen enkele vragen over de voorbereiding en afname:

  • Is het voor de leerling duidelijk wat de toets inhoudt en wat de beoordelingscriteria zijn waarop de leerling wordt beoordeeld en is de bijbehorende weging bekend?
  • Hebben leerlingen zich op de toets kunnen voorbereiden, bijvoorbeeld door het activeren van voorkennis, het vooraf doorlezen van de vragen/opdrachten op begrip van die vragen?
  • Krijgen dyslectische leerlingen extra tijd of andere hulpmiddelen/begeleiding?

Hieronder volgen enkele vragen over de toetsevaluatie:

  • Meet de toets de behandelde leerstof en de beoogde leerdoelen, vertaald in toetsdoelen en criteria? Dekt de toets bijvoorbeeld de omschreven taakkenmerken van het referentiekader op 2F en de beschreven taakkenmerken van de exameneenheid Leesvaardigheid?
  • In hoeverre gebruik je 'oude' examenteksten en opdrachten om de leesvaardigheid van leerlingen te toetsen? Meet je daarmee de gestelde toetsdoelen? Beoordeel je daarmee het niveau dat van leerlingen op dat moment verwacht mag worden (vergelijk eindexamenniveau / referentieniveau 2F aan het einde van klas 4 versus het leesniveau halverwege klas 3)?
  • Wie beoordeelt de toets? Een of meerdere docenten? Heeft de (mede)leerling daarbij ook een rol? Komen meerdere beoordelaars tot dezelfde beoordeling? Interpreteren de beoordelaars de criteria op eenzelfde manier?
  • Zijn de toetsprestaties van alle leerlingen vergelijkbaar, bijvoorbeeld bij het uitvoeren van instructies of het beoordelen van een leesdossier rondom een thema, stage of sectorwerkstuk?

Zie voor meer informatie Schoolexamens vmbo: borging kwaliteit