Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Tot slot ga je de resultaten van de opdracht, maar ook het proces evalueren. Ook kijk je vooruit door te reflecteren.
Kerndoel 1
De leerling leert zich mondeling en schriftelijk begrijpelijk uit te drukken.
Kerndoel 2
De leerling leert zich te houden aan conventies (spelling, grammaticaal correcte zinnen, woordgebruik) en leert het belang van die conventies te zien.
Kerndoel 9
De leerling leert taalactiviteiten (spreken, luisteren, schrijven en lezen) planmatig voor te bereiden en uit te voeren.
Kerndoel 10
De leerling leert te reflecteren op de manier waarop hij zijn taalactiviteiten uitvoert en leert, op grond daarvan en van reacties van anderen, conclusies te trekken voor het uitvoeren van nieuwe taalactiviteiten.
Kerndoel 3
De leerlingen leren strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van hun woordenschat.
Kerndoel 4
De leerlingen leren strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven teksten.
Kerndoel 5
De leerlingen leren in schriftelijke en digitale bronnen informatie te zoeken, te ordenen en te beoordelen op waarde voor henzelf en anderen.
Kerndoel 8
De leerlingen leren verhalen, gedichten en informatieve teksten te lezen die aan hun belangstelling tegemoet komen en hun belevingswereld uitbreiden.
Kerndoel 9
De leerlingen leren taalactiviteiten (spreken, luisteren, schrijven en lezen) planmatig voor te bereiden en uit te voeren.
Kerndoel 10
De leerlingen leren te reflecteren op de manier waarop zij hun taalactiviteiten uitvoeren en leren, op grond daarvan en van reacties van anderen, conclusies te trekken voor het uitvoeren van nieuwe taalactiviteiten.
Vertalen kan een middel zijn om de communicatie te bevorderen, input in een vreemde taal te begrijpen en op talen en culturen te reflecteren. Dat onderschrijft ook het Companion Volume, de geactualiseerde versie van het Europees Referentiekader.
Uit Levende Talen Magazine, nr 7.
Cultuur in brede zin, gaat over hoe mensen op verschillende manier vorm en betekenis geven aan hun omgeving.
De advieskring geeft feedback en reflecteert op de (tussen-)producten. De advieskring bestaat per vak uit:
- Vertegenwoordigers van organisaties, instellingen en netwerken relevant voor het vak. Zij reflecteren op vaste momenten op tussenproducten en halen feedback op in hun achterban. Dit zijn bijvoorbeeld vakverenigingen, lerarenopleidingen, vervolgopleidingen en maatschappelijke organisaties.
- Experts met toetsexpertise van het College voor Toetsen en Examens en Stichting Cito vanuit hun specifieke en wettelijke taak in de keten. Zij geven advies over de toetsbaarheid van de inhouden en eventuele toetsvormen binnen het conceptexamenprogramma.
Daarnaast raadplegen de vakvernieuwingscommissies experts op persoonlijke titel. Per vak zijn een aantal experts hier vooraf voor gevraagd en gedurende het vernieuwingstraject kunnen de commissies aanvullend ook andere experts bevragen.
Lezen
Leerlingen leren om actief met teksten om te gaan en zo betekenis te verlenen aan een tekst. De didactiek richt zich daarbij op functionele leestaken, interactie, strategie-instructie, transfer en feedback.
Schrijven
Leerlingen leren uiteenlopende teksten schrijven en doorlopen daarbij de verschillende fasen van het schrijfproces. De didactiek richt zich op functionele, communicatieve schrijftaken, procesgerichte schrijfinstructie, scaffolding, werken vanuit genres en samen schrijven.
Mondelinge taalvaardigheid
Leerlingen leren effectief en sociaal met elkaar communiceren. Ze leren hoe ze zich moeten opstellen in een gesprek, zich goed uitdrukken, presentaties houden, luisteren naar presentaties en reflecteren op de vorm en mogelijkheden van taal en communicatie.