De docent als expert

26 oktober 2020

In het centrum van het Slangmodel (succesfactoren samenwerking schoolvakken) staat de docent als expert. Alle elementen van het model beïnvloeden zijn of haar functioneren als professional.

Meer in het bijzonder bepalen ze hoe docenten vorm kunnen geven aan samenwerking. Docenten zijn de spil waarom die samenwerking draait. Bij het ontwerp voor een vakoverstijgend project of een geïntegreerd vak, bij de uitvoering daarvan, de communicatie erover, de evaluatie ervan: steeds zijn het de betrokken docenten die aan zet zijn. Het is essentieel om die centrale rol te (h)erkennen, en mee te laten wegen in het beleid op school.

Door de vakoverstijgende manier van werken (…) krijg je als docent meer visie op je eigen vak.

Vakdidactische expertise

Een docent is een professional met expertise op het gebied van vakinhoud, (vak)didactiek en pedagogiek. Bij elk inhoudelijk veranderingsproces in de school is het goed om bij die expertise aan te sluiten. Dat geldt eens te meer voor een project waarin je vakinhoud verandert en/of combineert met andere vakinhouden.

Bij samenwerking tussen vakken lijkt in de eerste plaats die vakdidactische expertise een rol te spelen. In Engelstalige literatuur wordt die vaak Pedagogical Content Knowledge (PCK) genoemd. Die vakdidactische bekwaamheid of expertise is opgebouwd uit vijf onderdelen:

  1. Kennis van (vak)didactische strategieën
  2. Kennis van het leren van leerlingen
  3. Kennis van het curriculum
  4. Kennis van toetsing
  5. De doelen en overtuigingen van de docent

Doelen en overtuigingen

Ervaren collega’s die samen een project of samenwerkingsvak ontwikkelen brengen hun eigen vakinhoudelijke en vakdidactische kennis mee. Voor het geven van dat project of vak is die echter niet altijd voldoende.Tuithof (2017) onderzocht de vakdidactische ontwikkeling van ervaren geschiedenisdocenten die met een nieuw examenprogramma aan de slag moesten, bekijk het filmpje over dit onderzoek. Zij constateerde dat het ontwikkelen van nieuwe PCK veel tijd kost.

Hetzelfde geldt voor een ervaren docent in schoolvak x, die met collega’s een project ontwikkelt of een samenwerkingsvak wil introduceren: een nieuw of ander curriculum vraagt om nieuwe didactische routines.

Docenten kunnen die zeer zeker in de vingers krijgen. Wel bleek uit hetzelfde onderzoek dat de doelen en de overtuigingen van de docent als persoon en als professional hier een belangrijke rol in spelen. Als die niet aansluiten bij de doelen van het nieuwe curriculum, dan zal zij of hij veel meer moeite hebben om die nieuwe vakdidactische kennis te ontwikkelen. Centraal in het model staat de expertise van de docent. In het midden daarvan staan de doelen: wat wil je bereiken met je vak, project of interventie, en waarom juist dat?

Brede expertise is nodig voor samenwerking tussen vakken

Door het ontwikkelen van vakoverstijgende projecten of samenwerkingsvakken, ontwikkel je als betrokken docent nieuwe vakdidactische kennis en vaardigheden. Voor die ontwikkeling, maar ook voor de kwaliteit van de interventie(s) is het belangrijk dat ervaren docenten van alle vakken al aan het begin van zo'n samenwerkingsverband aanschuiven. Zo wordt de vakinhoud en de vakdidactiek van elk vak het beste geborgd in alle stadia van het samenwerkingsproject: het ontwerp, de uitvoering, de evaluatie en het herontwerp. Ook kun je op die manier het maximale van elkaar leren.

Docenten die ervaring hebben met samenwerking, noemen het betrekken van experts uit alle gebieden een belangrijke succesfactor (Tuithof, 2018). Uit datzelfde onderzoek bleek echter, dat dat op lang niet alle scholen waar samenwerkingsvakken op het rooster staan, gebeurt. Dat is een probleem: de vakinhoud en de vakdidactiek van de ontbrekende expert komt vaak minder uit de verf.

Wil je op school dus vorm geven aan vakoverstijgende samenwerking, dan doe je er goed aan, daar experts van alle betrokken vakken bij te vragen. Dat komt de kwaliteit van het te ontwikkelen onderwijs ten goede. Die experts kunnen zo ook maximaal van elkaar leren, op het gebied van vakinhoud en vakdidactiek. Zo breiden zij kun expertise en hun PCK steeds verder uit.

In het kader van een project of samenwerkingsvak ontwikkelen docenten een eigen, nieuwe vakdidactiek, en vergroten zij hun PCK. In het model hebben we dat zichtbaar gemaakt met de twee cirkels naast de ‘doelen’. Links staat de expertise van de docent in haar eigen schoolvak. Rechts staat de expertise die zij opdoet en ontwikkelt in verband met het samenwerken met andere vakken. Die is niet dezelfde! Uit onderzoek naar de ontwikkeling van vakdidactische kennis (PCK) blijkt, dat daarvoor het hebben of opdoen van specifieke vakinhoudelijke kennis een belangrijke voorwaarde is. Daarnaast weten we dat vakdidactische kennis zich vooral in de praktijk ontwikkelt: er zijn jaren voor nodig om een uitgebreid en flexibel vakdidactisch repertoire op te bouwen – in je eigen vak, maar dus ook in de context van projecten en samenwerkingsvakken.

Meer weten over pedagogical content knowledge en de docent al expert? Bekijk: