O7: Gedrag en interactie - havo (subdomein D2)

11 april 2023

Eindterm

De kandidaat kan met behulp van de concepten gedrag en interactie met (a)biotische factoren ten minste in contexten op het gebied van communicatie, gezondheid en veiligheid verklaren op welke wijze gedrag van organismen en populaties ontstaat en benoemen wat de functie daarvan is.

Mogelijke specificatie

De kandidaat kan bijvoorbeeld in een context: Mogelijke deelconcepten:
1. toelichten dat gedrag tot stand komt door interne en externe factoren; prikkel, respons, sleutelprikkel, supranormale prikkel, hormonen, biologische klok, stofwisselingsveranderingen
2. herkennen dat gedrag gedeeltelijk erfelijk bepaald is; inprenting, conditionering, imitatie, inzicht, trial and error, gewenning
3. beschrijven dat gedrag het resultaat is van een dynamische relatie tussen het organisme en zijn omgeving;
4. toelichten dat gedrag meerdere functies heeft; balts, paringsgedrag, broedzorg, overspronggedrag, adequaat gedrag, imponeergedrag, territoriumgedrag, sociaal gedrag, voedingsgedrag en voortplantingsgedrag, groepsgedrag
5. benoemen dat gedrag gekoppeld kan zijn aan bepaalde levensfases;
6. herkennen hoe gedrag evolueert onder invloed van selectiedruk;
7. beschrijven hoe biologen gedragsonderzoek uitvoeren; ethogram, protocol
Overlap met subdomein: O2.3 (B4.3), P4.3 (F2.3)