A7: Modelvorming

20 december 2022

havo:
De kandidaat kan in contexten een probleem analyseren, een adequaat model selecteren, en modeluitkomsten genereren en interpreteren. De kandidaat maakt daarbij gebruik van consistente redeneringen en relevante rekenkundige en wiskundige vaardigheden.

vwo:
De kandidaat kan in contexten een relevant probleem analyseren, inperken tot een hanteerbaar probleem, vertalen naar een model, modeluitkomsten genereren en interpreteren, en het model toetsen en beoordelen. De kandidaat maakt daarbij gebruik van consistente redeneringen en relevante rekenkundige en wiskundige vaardigheden.

Specific​atie

Gegeven door het College voor Toetsing en Examens in de syllabus.

De kandidaat kan gebruikmakend van consistente redeneringen en relevante rekenkundige en wiskundige vaardigheden:

  1. relevante grootheden en relaties in een probleemsituatie identificeren en selecteren;
  2. door het doen van aannamen en het maken van vereenvoudigingen een natuurwetenschappelijk probleem inperken tot een onderzoekbare vraagstelling;
  3. bij een natuurwetenschappelijk probleem een model selecteren dat geschikt is om het probleem te bestuderen;
  4. een beargumenteerde schatting maken voor parameterwaarden van een model op basis van gegevens;
  5. toetsbare verwachtingen formuleren over het gedrag van een model;
  6. een model met een geschikte tijdstap doorrekenen (SE);
  7. een model evalueren op basis van uitkomsten, verwachtingen en (meet)gegevens;
  8. een modelstudie presenteren (SE).

​​​Suggesties voor uitwerking

Modellen kunnen simpel en complex zijn. Voorbeelden van eenvoudige modellen:

  • een simpel model van de bloedsomloop met behulp van buizen, slangen en gekleurd water;
  • een model van de structuur van DNA gemaakt m​et snoep, frisdrankblikjes of wol.

Complexere modellen worden veelal met de computer gemaakt en uitgevoerd. Voor het onderwijs kan men daarbij denken aan modellen zoals deze bijvoorbeeld in Coach of Powersim kunnen worden opgesteld. Coach bevat leuke ecologische modelomgevingen, bijvoorbeeld populatiegroei, waarin leerlingen zelf wijzigingen kunnen doorvoeren.

Het modelleren kan plaatsvinden bij een experimenteel of ontwerpend onderzoek, bijvoorbeeld in een praktische opdracht of het profielwerkstuk, maar ook als onderdeel van een lessenreeks om meer inzicht te krijgen in complexe processen.

Voorbeelden zijn te vinden in het vwo-lesmateriaal Systeemdenken in de ecologie, waarin de mosselkweek in de Oosterschelde en de populatie konijnen in het Noord-Hollands Duinreservaat gemodelleerd worden.

​Suggesties voor b​​eoordeling

Een model kan beoordeeld worden op basis van de inhoudelijke eisen die eraan gesteld worden, maar ook het proces van modelvorming kan onderdeel van de beoordeling zijn. Zie de opmerkingen die bij subdomein A5 gemaakt zijn.