Klaar voor de volgende stap: visie op de overgang van po-vo

12 oktober 2020

We zorgen ervoor dat het schooladvies niet iets wordt van het bovenbouwteam. We betrekken alle collega’s erbij’, leerkracht ’t Prisma in Doetinchem

Bij een goed onderbouwd schooladvies is de hele school betrokken. Die komt namelijk voort uit een visie op het bieden van gelijke kansen en een lerend schoolklimaat. Leerkrachten van de onder-, midden- én bovenbouw overleggen met elkaar over werkhouding en ontwikkeling van het kind, en soms kijken ook experts van buiten de school mee.

Meerdere perspectieven bij schooladvisering

Op basisschool De Poort in Loenen hebben ze hun procedure rondom het schooladvies een aantal jaar geleden omgegooid. Chantal, schoolleider van De Poort, vertelt: ‘Een paar jaar geleden gaf een ervaren leerkracht van groep 7-8 de adviezen en stemde dat af met de IB’er als het ging om zorgleerlingen en twijfelgevallen. Inmiddels geven we het schooladvies vanuit meerdere perspectieven vorm. De bovenbouwleerkrachten overleggen daarbij met elkaar en nemen vooral leerlingkenmerken mee en wat ze in de klas zien. De IB’er kijkt meer cijfermatig, bijvoorbeeld naar trends op lezen en rekenen.’

Wat heeft deze manier van werken voor effect op de schooladviezen?

‘Bij het consensusoverleg blijkt dat leerkrachten soms wat hoger adviseren dan de IB’er. Leerkrachten zien de leerling in de klas. Ze zien zijn werkhouding, ontwikkeling in de bovenbouw en of er bij toetsen blokkades zijn. Dat zie je bij kale toetsgegevens niet. Ik krijg als schoolleider bij deze gesprekken de rol van tegenvrager. We komen op deze manier tot een beter overwogen advies.’

Samenwerking bij schooladvies

Overleggen met collega’s, samen kijken naar de leerling en zijn ontwikkeling: hoe pak je dat aan? Op basisschool ’t Prisma in Doetinchem geven leerkrachten presentaties over hun leerlingen.

‘We zorgen ervoor dat het schooladvies niet iets wordt van het bovenbouwteam,’ vertelt Lilian, van ‘t Prisma. ‘We betrekken alle collega’s erbij. Esther, leerkracht bovenbouw geeft een presentatie over de gegeven schooladviezen per leerling aan alle collega’s. Collega’s stellen elkaar vragen, bijvoorbeeld of leerling A met een vwo-advies een voldoende zelfstandige werkhouding heeft. Komt het advies overeen met hun beeld van de leerling? Klopt het met wat de leerling nodig heeft in het vo? Daar praten we samen over.’

En dan volgen de oudergesprekken?

‘Inderdaad. Na deze presentaties voeren we de oudergesprekken over het schooladvies. Dankzij de eerdere gesprekken met collega’s is de leerkracht daar goed op voorbereid. Bovendien blijft het hele team scherp op waar we kinderen toe opleiden en wat het voortgezet onderwijs vraagt en inhoudt.’

Soms heb je als school experts van buiten nodig

Sommige leerlingen hebben in de overgang van po naar vo extra ondersteuning nodig. Hoe speel je daar in je advisering goed op in?

‘Er waren kinderen die een grote hulpvraag hadden waar vo-scholen te laat achter kwamen. Deze scholen konden hen niet passend begeleiden,’ vertelt Jacqueline, IB’er op basisschool De Kiem in Enschede. Voor deze leerlingen kunnen we in de regio Enschede een 10-14 aanvraag doen.’

Voor welke leerlingen kun je zo’n aanvraag doen?

‘Dit is speciaal voor leerlingen met specifiekere onderwijsbehoeften of waar een thuissituatie is die de ontwikkeling stagneert. Er is altijd sprake van meervoudige problematiek. Deze leerlingen worden in een breed team van experts besproken. Zij komen met een onderwijsbehoefte-advies voor de leerling. Dankzij deze aanpak kunnen we deze leerlingen beter begeleiden bij de overgang van po naar vo.’