Voorbeelden van LOB

13 december 2019

De exameneenheden kunnen ook gebruikt worden voor een oriëntatie op beroep en vervolgopleiding. Hieronder volgt een aantal voorbeelden.

GS/K/7: Sociale zekerheid en de verzorgingsstaat in Nederland

Dit onderwerp kan gebruikt worden om een beroep uit de sociaal-juridische sector voor te stellen. Bijvoorbeeld een sociaal-juridisch medewerker van een gemeente.

Leerlingen krijgen een situatieschets: fragment uit een werkdag van de medewerker. Daarna aandacht voor:

  • Wat moet je kunnen, welke vaardigheden heb je nodig?
  • Wat moet je kennen, welke opleiding is nodig?

Andere aandachtspunten:

  • Bedenk waar een sociaal-juridisch medewerker nog meer zou kunnen werken.
  • In welke sector past het beroep sociaal-juridisch medewerker?
  • Welke eigenschappen/vaardigheden heb je nodig voor dit beroep?
  • Geef jouw mening over dit beroep.

Leerlingen kunnen ook de opdracht krijgen om een interview te houden met iemand die werkzaam is in de sector verzorging.

GS/K/9: De Koude Oorlog

Berlijn en de Koude Oorlog

Berlijn staat in de top vijf van stedentrips. Hoe is het om werkzaam te zijn in de toeristenindustrie? Wat doet een hostess, aan welke eisen moet een stewardess voldoen? Is het 'vakantiegevoel' de hele dag aanwezig of is het gewoon hard werken? Voldoende aanknopingspunten om beroepen uit de toeristenbranche naar voren te halen.

Aandacht voor:

  • Wat moet je kunnen, welke vaardigheden heb je nodig?
  • Wat moet je kennen, welke opleiding is nodig?

Andere aandachtspunten:

  • Bedenk waar een toeristisch medewerker nog meer zou kunnen werken.
  • In welke sector past het beroep toeristisch medewerker?
  • Welke eigenschappen/vaardigheden heb je nodig voor dit beroep?
  • Geef jouw mening over dit beroep.

Leerlingen kunnen ook de opdracht krijgen een verhaal te schrijven over de vraag: 'Welke informatie geeft een hostess van een reisorganisatie aan de toeristen die Berlijn bezoeken?' Besteed vooral aandacht aan de geschiedenis van Berlijn.

GS/K/5: Staatsinrichting van Nederland

Wat doet een Kamerlid?

Er worden groepjes (drie of vier leerlingen) gevormd. Iedere groep kiest een Kamerlid van een politieke partij en verricht een onderzoekje naar de activiteiten (en dagindeling) van het Kamerlid. Er kan contact gelegd worden en een kort interview plaatsvinden. Ook de specialiteit en achtergrond (vroegere werk en de streek/stad waar hij/zij vandaan komt) kan uitgezocht worden.

Per groep kan er verslag gedaan worden.

Dit onderwerp kan ook gebruikt worden om het beroep agent of wachtmeester van de Koninklijke Marechaussee voor te stellen. Leerlingen krijgen een situatieschets: fragment uit een werkdag van een agent of marechaussee.

Daarna aandacht voor:

  • Wat moet je kunnen, welke vaardigheden heb je nodig?
  • Wat moet je kennen, welke opleiding is nodig?

Andere aandachtspunten:

  • In welke sector past het beroep van agent en/of wachtmeester bij de Koninklijke Marechaussee?
  • Welke eigenschappen/vaardigheden heb je nodig voor dit beroep?
  • Geef jouw mening over dit beroep.