Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Scholen mogen zelf bepalen hoe ze het examenprogramma omzetten in een onderwijsprogramma.
In de preambule van het primair onderwijs worden drie kanttekeningen geplaatst bij de operationalisering van deze kerndoelen. Hierin worden ook leergebiedoverstijgende vaardigheden / 21e eeuwse vaardigheden aan de orde gesteld.
Wanneer scholen aan de slag gaan met samenhang wordt dit vaak concreet uitgevoerd binnen een project.
Binnen kunstzinnige oriëntatie is het (cyclische) creatieve proces als uitgangspunt genomen voor de inhoud van het onderwijsaanbod. Dit proces draagt bij aan de ontwikkeling van de creativiteit.
Met het aantal studielasturen (SLU) wordt aangegeven hoe zwaar een vak is in het vakkenpakket van de leerling. Dit aantal uren (géén lesuren) omvat alle activiteiten die voor een leerling nodig zijn om zich in dit vak te bekwamen, dus lessen, huiswerk, practica, excursies, praktische opdrachten, het lezen van literatuur etc. De totale studielast over het gehele programma van alle vakken is ingezet op 40 (weken) x 40 (uur per week): dus op circa 1600 uur studieactiviteiten. Een havoleerling heeft dan in totaal 3200 slu (studielasturen), een vwo-leerling 4800 slu nodig voor zijn examenprogramma, verspreid over de jaren 4 en 5 respectievelijk 4, 5 en 6.