Nederlands - Schriftelijk onderwijs - kerndoel 6
De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het lezen van school- en studieteksten en andere instructieve teksten, en bij systematisch geordende bronnen, waaronder digitale bronnen.
INHOUD Van toepassing voor: groep 1 en 2; groep 3 en 4; groep 5 en 6; groep 7 en 8;
Inhoud voor: groep 1 en 2
- rubriceerspelletjes
- de volgorde van een tekst weergeven
Inhoud voor: groep 3 en 4
als groep 1/2+
- tekst herlezen
- informatie uit de tekst schematiseren:
bijvoorbeeld woordspin/woordweb, tijdbalk, vraag-antwoordschema - onderstrepen
Inhoud voor: groep 5 en 6
als groep 3/4 +
- schema's als vendiagram om overeenkomsten in beeld te brengen, pijldiagram voor oorzaak-gevolgrelaties, boomdiagram, middel-doelschema's,
<-> voor tegenstellingen - aantekeningen maken
- uittreksel maken
Inhoud voor: groep 7 en 8
als groep 5/6 +
- schema's als tabellen, cirkeldiagrammen
- samenvatting maken
Inhoud voor: groep 3 en 4
- signaalwoorden en -tekens bij tekststructuren benutten bij het schematiseren, bijvoorbeeld:
- chronologische volgorde: woorden als eerst, daarna, vroeger, nu, later, morgen, volgende week
- vraag-antwoord: vraagteken en vraagwoorden als wie, waar, wanneer, waarom, hoe, waardoor, waarmee
Inhoud voor: groep 5 en 6
als groep 3/4 +
- bijvoorbeeld:
- voorbeelden: dubbele punt, voorbeelden in opsommingen weergegeven met opsommingstekens, woorden als (bij)voorbeeld, zoals
- tegenstellingen: woorden als maar, daarentegen, daartegenover
- oorzaak-gevolgrelaties: woorden als daardoor, doordat, hoe komt het dat
- middel-doelrelaties: woorden als met behulp van, om ... te, door ... te
Inhoud voor: groep 7 en 8
als groep 5/6 +
- bijvoorbeeld:
- redengevende structuren: woorden als want, omdat
- voorwaardelijke structuren: woorden als als ... dan