Nederlands - Schriftelijk onderwijs - kerndoel 4 - Groep 7 en 8 - Wat doen de kinderen


De leerlingen leren informatie te achterhalen in informatieve en instructieve teksten, waaronder schema's, tabellen en digitale bronnen.


Groep 7 en 8


Wat doen de kinderen?

  • De kinderen realiseren zich dat er verschillende soorten teksten zijn (informatieve en instructieve - naast verhalende (zie kerndoel 9) en betogende (zie kerndoel 6 en 7).
  • Ze lezen zelfstandig allerlei soorten teksten: informatieve teksten en instructieve teksten in boeken, tijdschriften, schoolkrant, kranten, op internet.
  • Ze zijn zich ervan bewust dat je met verschillende doelen kunt lezen, en vinden teksten die bij die doelen passen:
    • ze bedenken leervragen waar ze graag een antwoord op willen. Vervolgens zoeken ze in het documentatiecentrum of in de schoolbibliotheek naar geschikte bronnen, waaronder ook CD-Roms en DVD's. Ze gebruiken de computer om op efficiënte wijze boeken of andere materialen te zoeken;
    • ze zoeken systematisch informatie op internet via zoektermen.
  • Uit het gedrag van de kinderen blijk dat ze (proberen te) begrijpen wat ze lezen:
    • ze bepalen het thema en de teneur van de tekst, ze activeren hun voorkennis over dat thema en zetten die in tijdens het lezen (ze maken hierbij gebruik van eigen ervaringen, tekstdrager, auteur, lay-out, titel, kopjes, illustraties, schema's, tabellen);
    • ze activeren hun kennis over tekstsoorten en zetten die in tijdens het lezen;
    • ze herkennen signaalwoorden die kenmerkend zijn voor genoemde structuren (zie Inhoud), activeren deze en zetten die in bij het lezen;
    • ze bouwen verwachtingen op over de tekst, controleren deze voorspellingen en stellen ze eventueel bij;
    • ze maken inferenties;
    • ze bepalen een leesdoel en gaan bij het lezen na of ze dat bereiken;
    • ze lezen op verschillende manieren, afhankelijk van hun leesdoel en voorkennis; ze lezen globaal, precies, selectief en kritisch.
  • De kinderen gebruiken technieken en strategieën om informatie te verwerven (zie voor schematiseren kerndoel 6):
    • zoekend lezen met behulp van het alfabet;
    • globale tekststructuur (en inhoudsopgaven) benutten om zoekend te lezen in teksten en andere bronnen selecteren voor gestelde leesdoelen;
    • relevante informatie zoeken en gebruiken;
    • informatie uit verschillende teksten en afkomstig uit verschillende typen bronnen met elkaar vergelijken.