Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
U kunt de invulbare toetsmatrijs voor gesprekken voeren downloaden in het rechtermenu. In de toetsmatrijs concretiseert u de toetsdoelen luister- en kijkvaardigheid en legt u de weging van elk toetsdoel (aantal opgaven/totaal aantal opgaven) vast.
Bij gesprekken voeren gaat het om het deelnemen aan overleg of discussie. Dat kan bijvoorbeeld een discussie zijn over een onderwerp dat dichtbij de leerlingen ligt of een overleg in een beroepssetting.
Deze handreiking beschrijft twee lessen rondom spreken en gesprekken voeren die ingezet kunnen worden om te werken aan de mondelinge taalvaardigheid van leerlingen. De ontwikkelde taken sluiten qua vorm en inhoud aan bij de toetstaken die gebruikt zijn in de peiling Mondelinge taalvaardigheid aan het einde van het speciaal (basis)onderwijs. Ze zijn echter aangepast aan de context van de lespraktijk en voorzien van een lesbeschrijving en leerlingmateriaal. In de les over gesprekken voeren lossen de leerlingen gezamenlijk een probleem op. Ze gaan met elkaar in overleg om meningen en argumenten uit te wisselen en om elkaar advies te geven. In de les over spreken vertellen leerlingen elkaar een verhaal dat ze zelf hebben voorbereid.
Engels is sinds 1986 een verplicht vak in het basisonderwijs. Scholen bepalen zelf vanaf welke groep ze het aanbieden, het startmoment is niet wettelijk vastgelegd. Er zijn vier varianten.
Deze handreiking biedt didactische suggesties voor een spreektaak (het houden van een vlog over je favoriete plek) en een gesprekstaak (het voeren van een besluitvormend overleg over het inzamelen van geld voor een goed doel). De taken zijn een bewerking van de taken die gebruikt zijn in de peiling naar Mondelinge taalvaardigheid. Ze zijn aangepast aan de context van de lespraktijk en voorzien van een lesbeschrijving en leerlingmateriaal (hulpkaarten voor het spreken en het voeren van een overleg). Ze dienen als voorbeelden van hoe het onderwijs in spreken en gesprekken voeren in groep 8 inhoud en vorm kan krijgen.
Goede afstemming tussen het voortgezet onderwijs en het vervolgonderwijs is een gedeelde verantwoordelijkheid. Het gaat hierbij om een goede afstemming van taalbeheersingsniveaus en taaldidactiek.
In elke klas zitten leerlingen die sneller dan gemiddeld door de stof gaan. Ook voor hen is het van belang een passend aanbod van de lesstof te krijgen.
Docenten hebben inzicht in de te bereiken beheersingsniveaus van hun leerlingen en de daarbij horende doelen. Dat inzicht is nodig om de leerlingen te kunnen begeleiden op weg naar de gewenste resultaten.