Oriëntatie op jezelf en de wereld - Mens en samenleving - kerndoel 34 - Groep 3 en 4 - Wat doen de kinderen
De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en anderen.
Groep 3 en 4
Wat doen de kinderen?
- De kinderen worden zich tijdens praktische oefeningen bewust van de wijze waarop hun lichaam functioneert en denken na over de verzorging die daarvoor nodig is: rust/ontspanning, bewegen en een verantwoorde (zit)houding.
- De kinderen ontdekken, onder meer aan de hand van praktijkproefjes met planten, dat voedsel belangrijk is om te groeien en goed te functioneren.
- Ze leren het belang onderkennen van brood, fruit/groente en melk bij het ontbijt, de pauzehap en de lunch.
- Ze ontdekken, aan de hand van bijvoorbeeld een animatie, dat een goede mondgezondheid gebaat is bij het beperken van het aantal eet- en drinkmomenten tot maximaal 7 keer per dag. Ze verzamelen alternatieven voor riskant snoepgedrag.
- De kinderen wisselen ervaringen uit over ziek zijn en beter worden: koorts, besmetting, medicijnen, huisarts.
- Ze bereiden zich spelenderwijs voor op het bezoek aan de (school)tandarts.
- De kinderen vormen zich een duidelijk en realistisch beeld van zichzelf: kenmerken/eigenschappen, voorkeuren, beperkingen en afkomst.
- Ze leren hun gevoelens, wensen en opvattingen onder woorden te brengen.
- Ze leren zich een duidelijk beeld te vormen van oorzaken van dagelijkse conflicten: tegenstellingen in belangen, opvattingen en gevoelens. Ze breiden hun ervaring uit in het oplossen van conflicten.
- Ze leren zich steeds beter in te leven in de gevoelens, wensen en opvattingen van anderen.
- De kinderen ontdekken dat iedereen deel uitmaakt van diverse groepen, waarin verschillende rollen worden vervuld.