Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
De huidige vakkenstructuur voor wiskunde in de bovenbouw van havo en vwo levert nadelen op voor het voortgezet en het vervolgonderwijs. Met de Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren (NvvW) bracht Petra Hendrikse van SLO de 9 knelpunten in kaart.
Artikel Didactief Special. Curriculumbewust handelen in het vo. Bijlage bij Didactief, jrg. 51, nr. 9, december 2021
Eind augustus verscheen in wetenschappelijk tijdschrift ‘Frontiers in Education’ een artikel over de relatie tussen computational thinking en logical thinking in de context van robotica onderwijs. Het artikel beschrijft een pilot studie onder een kleine groep 14-jarige Nederlandse studenten over het onderwerp computational thinking.
Computational thinking is een vaardigheid: het logisch benaderen van problemen en die oplossen met computertechnologie. Het toetsen daarvan is onderwerp van discussie. In de pilot studie is in een robotica-les onderzocht of computational thinking en logical thinking aan elkaar gerelateerd zijn.
Uit de resultaten blijkt dit inderdaad zo te zijn. Hierdoor is het gebruikte meetinstrument CTT (computational thinking test) voor wat betreft het deel rondom logisch redeneren gevalideerd.
Het artikel in Frontiers in Education is het tweede artikel dat is gepubliceerd over robotica onderwijs. Het eerste artikel verscheen in het tijdschrift Informatica in Education. De artikelen zijn het resultaat van een samenwerking tussen Stichting Leaphy en SLO.
Het artikel zelf is in het Engels geschreven, hieronder volgt een Nederlandstalige samenvatting.
Het effect van robotonderwijs op genderverschillen in STEM
SLO werkt sinds 2017 samen met de Stichting Leaphy, met als missie ‘Een robot voor iedere leerling’. Leaphy werkt onderzoekgebaseerd. In dit onderzoek kijken we of het werken met de Leaphy robot verschil uitmaakt tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van STEM.
Vanwege de praktische en integratieve benadering van STEM is educatieve robotica de laatste jaren steeds populairder geworden. Tegelijkertijd bestaat er nog steeds een genderkloof in de houding ten opzichte van STEM-studies en -loopbanen, vooral onder vo- scholieren, wat mogelijk kan resulteren in een gebrek aan vrouwen in het STEM-personeelsbestand. Deze studie onderzoekt het effect van een roboticacurriculum op de houding van Nederlandse leerlingen van groep 7 en 8 ten opzichte van STEM-vakken en -loopbanen, zoals beoordeeld door de S-STEM-enquête. De resultaten brachten geen verschil aan het licht tussen de attitudes vóór en na de test ten opzichte van STEM voor zowel jongens als meisjes. Op de post-test scoorden jongens echter significant hoger dan meisjes op houding ten opzichte van technologie, techniek en toekomstige STEM-studies. Een post-hoc analyse bracht tijdens de pre-test een significant verschil aan het licht tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van techniek en technologie. Deze resultaten tonen het verschil aan tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van STEM-vakken en loopbanen binnen de context van robotica-onderwijs. Gezien het gebrek aan onderzoek naar educatieve robotica bij jonge tieners, moet dit veld verder worden bestudeerd om het effect ervan op genderverschillen binnen de houding ten opzichte van STEM te beoordelen.
Het artikel zelf is in het Engels geschreven, hieronder volgt een Nederlandstalige samenvatting.
Evaluatie van het nieuwe secundaire informaticacurriculum in Nederland
Sinds de introductie van Informatica als keuzevak in het voortgezet onderwijs in Nederland in 1998 wordt het geïmplementeerde curriculum regelmatig gemonitord. De resultaten van een enquête onder leraren Informatica in het vo uit 2013 hebben bijgedragen aan de herziening van het leerplan Informatica. Dit herziene curriculum is in 2019 van kracht geworden.
In het kader van curriculummonitoring zet SLO enquêtes uit onder leraren Informatica om hun mening en mening over het beoogde curriculum te begrijpen en om meer te weten te komen over hun geïmplementeerde curriculum.
De resultaten geven aan dat het merendeel van de respondenten het nieuwe curriculum Informatica beter vindt dan het oude en dat het nieuwe curriculum een solide basis biedt voor hun onderwijspraktijk. Een minderheid mist bepaalde inhoud in het leerplan of vindt dat het leerplan overladen is. Sommigen vinden dat het leerplan nog steeds niet actueel is.
In deze studie vergelijken we de resultaten uit 2019 met de resultaten van het onderzoek uit 2013 om te beoordelen in hoeverre het nieuwe informaticacurriculum beter aansluit bij de behoeften en aanbevelingen van leraren.
Sinds 2021 is de wet voor burgerschapsonderwijs aangescherpt. Alle leerlingen in het funderend onderwijs moeten kunnen omgaan met diversiteit en leren over de basiswaarden van de Nederlandse rechtsstaat, zoals vrijheid, gelijkheid en solidariteit. Het doel dat de overheid beoogt, is het bevorderen van actief
burgerschap en sociale cohesie. SLO, landelijk expertisecentrum voor het curriculum, werkt samen met het onderwijsveld aan kerndoelen voor burgerschap. SLO ondersteunt scholen die nu aan de slag willen met handreikingen en instrumenten op het platform basisvaardigheden.