Bewegingsonderwijs - balanceren - Toelichting en verantwoording


leerlijn: balanceren


Bij het onderdeel balanceren in dit kerndoel zijn vier bewegingsthema's te onderscheiden, namelijk balanceren, rijden, glijden en acrobatiek.
Bij balanceren gaat het om allerlei activiteiten waarbij iemand moet proberen om balansverstoringen te herstellen. Dit kan lopend, rijdend, glijdend of staand op een ander of anderen.


Toelichting: Balanceren

Handhaven van evenwicht en herstellen van evenwichtsverstoringen bij het verplaatsen op een (in)stabiel vlak.

Toelichting: Rijden

Vaart maken op een rijtuig om in balans vaart te behouden.

Toelichting: Glijden

Vaart maken op een glijvlak om in balans vaart te behouden.

Toelichting: Acrobatiek

In balans uitvoeren van een beweging of pose in samenwerking met een ander(en).

Toelichting: Gaan over een recht balanceervlak

Over een evenwichtsbalk van ongeveer 2 meter lengte, 10 cm breed en 20 cm hoog lopen.

Toelichting: Gaan over een schuin balanceervlak

Over een evenwichtsbalk van ongeveer 3,5 meter lang en 6 cm breed schuin omhoog lopen (hoogte ongeveer 50 cm).

Toelichting: Gaan over een half instabiel balanceervlak

Over een evenwichtsbalk van ongeveer 3,5 meter lang en 6 cm breed schuin omhoog lopen naar een labiel punt (bijvoorbeeld aan een trapezestok van 1 meter hoog) met afstapplaats.

Toelichting: Gaan over een instabiel balanceervlak

Over een bank lopen tussen twee ophangpunten met een kleine zwaaibeweging en twee hulpverleners.