Communiceren
Communiceren is een basisvaardigheid: mensen kunnen niet níet communiceren. Bewust en onbewust versturen en ontvangen ze boodschappen en creëren gedeelde betekenis. Bij communicatie draait het, naast de inhoud en het doel van de boodschap, ook altijd om de relatie tussen de deelnemers.
Communicatie vindt plaats in veel verschillende contexten. Elke context stelt specifieke eisen aan de vorm die gekozen wordt; omgekeerd is de context ook van invloed op de betekenis van uitingen.
Om succesvol, effectief en efficiënt te communiceren moeten de deelnemers:
- doelgericht boodschappen kunnen overbrengen en begrijpen;
- adequaat kunnen omgaan met verschillende communicatieve situaties en communicatiepartners;
- passende communicatiemiddelen kunnen hanteren;
- ict en technologie effectief kunnen gebruiken.
Leerlijn Communiceren
De leerlijn over communiceren is uitgewerkt in zes kolommen, vier fasen met aanbodsdoelen en twee kolommen met voorbeelden. De eerste drie fasen zijn voor primair onderwijs en fase vier is bedoeld voor het voortgezet onderwijs. Om verschillen tussen vmbo en havo-vwo inzichtelijk te maken, worden bij de doelen van fase 4 voorbeelden gegeven die gerelateerd aan eindtermen van verschillende vakken.
Belang voor het onderwijs
Communicatie neemt in de samenleving van de 21e eeuw een grotere plaats in dan ooit. Mensen zijn altijd en overal met elkaar verbonden en communiceren via gesproken en geschreven tekst, beeld en geluid, al dan niet digitaal. Zij communiceren met veel verschillende partners en zijn zich soms niet bewust hoe groot het bereik van hun communicatie is.
Communicatie is in het onderwijs van belang in alle vakken en leergebieden. Leerlingen leren bewust en doelgericht te communiceren is niet alleen een doel, maar ook een middel. Het is een belangrijk aspect van veel 21e-eeuwse vaardigheden en essentieel bij persoonsvorming en de ontwikkeling van burgerschap.
Overzicht geraadpleegde bronnen.