Kunstzinnige oriëntatie - kerndoel 54 - muziek - Toelichting en verantwoording


Leerlijn kunstzinnige oriëntatie: muziek


Bij het onderdeel muziek van dit kerndoel gaat het er vooral om dat kinderen zich muzikaal kunnen ontwikkelen. Dat kan door ze bewust om te laten gaan met de gevoelens die liederen, muziekstukjes en verschillende luisterfragmenten bij hen oproepen. Het kan met muziek die zij zelf maken (zingend of spelend). Het kan ook met muziek die ze beluisteren.

Kinderen ervaren steeds weer dat muziek iets met hen doet. Ze ervaren echter ook dat zij iets met muziek kunnen doen: zingen, spelen, improviseren, componeren, luisteren. Het zijn allemaal vormen waarbij er een vorm van communicatie ontstaat tussen mensen en muziek.

In de communicatie tussen kinderen speelt muziek een belangrijke rol. Ze communiceren met muziek maar ook over muziek die iets voor hen betekent.
Voor kinderen is ook het vocale aspect van de communicatie erg belangrijk: praat je hoog, laag, hard of zacht, gevarieerd, snel, langzaam. Kunnen ze hun stem zo gevarieerd gebruiken? De fijne beheersing van deze verschillende mogelijkheden van hun stem komt juist bij het zingen veel aan de orde.

Zingen biedt ook (een vaak onderschatte) kans op het leren en trainen van de taal. Oefening, uitspraak, begripsvorming en consolidatie van de woordenschat zijn voortdurend aan de orde. Daarmee is het vooral van belang voor taalzwakke kinderen.