Engels - kerndoel 13 - Toelichting en verantwoording


De leerlingen leren informatie te verwerven uit eenvoudige gesproken en geschreven Engelse teksten.


Bij dit kerndoel kunnen de leerlingen informatie die voor hen belangrijk is, halen uit (mondeling en geschreven) taalaanbod. Ze leren luister- en leesstrategieën toe te passen. Het gaat daarbij niet zozeer om teksten als wel om mondelinge en schriftelijke informatie, zoals een gesprek, aanwijzingen en bijvoorbeeld uitleg en ook om digitale informatie. De teksten en gesproken taal betreffen eenvoudige alledaagse onderwerpen en contexten die in omvang, opbouw en moeilijkheidsgraad oplopen van groep 1 tot groep 8.

Engels is alleen verplicht in groep 7 en 8. Globaal zijn er drie scenario's mogelijk met variaties:

  1. Engels alleen in de bovenbouw
    1. De school biedt verplicht Engels in het basisonderwijs (Eibo) aan: ongeveer een uur Engels per week, in 1 les of over meerdere momenten per week verdeeld, in groep 7 en 8;
    2. De school kiest voor Versterkt Eibo: enkele uren Engels per week in groep 7 en 8;
    3. De school kiest voor CLIL (gedeeltelijk tweetalig onderwijs, TTO): enkele vakken en/of onderwerpen worden in het Engels aangeboden in de bovenbouw.
  2. Engels vanaf groep 5 of 6
    De school kiest voor een vrijwillige start in groep 5/6 met Vervroegd Eibo: doel is om de kerndoelen voor iedere leerling haalbaar te maken.
  3. Vroeg Vreemde talenonderwijs (VVTO)
    De school biedt Engels aan vanaf groep 1. De leerlingen komen op een hoger niveau van luister- en leesvaardigheid dan bij een start in groep 5/6 of 7/8, afhankelijk van de bestede kindtijd. VVTO is een vrijwillige keuze van de school.


Dit kerndoel impliceert als beoogd eindniveau voor luisteren en lezen niveau A1 van het gemeenschappelijk Europees Referentiekader voor talen (ERK):
'Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen die mijzelf, mijn familie en directe concrete omgeving betreffen herkennen, wanneer de mensen langzaam en duidelijk spreken'.
'Ik kan vertrouwde namen, woorden en zeer eenvoudige zinnen begrijpen, bijvoorbeeld in mededelingen, op posters en in catalogi'.

A1 is als niveau een richtlijn. Het is een basisniveau dat voor alle leerlingen voor een beperkt aantal onderwerpen haalbaar is. Omdat A1 geen nulniveau is, kunnen de niveaus voorafgaand aan niveau A1, voor de onder-, middenbouw en eventueel begin bovenbouw, worden vergeleken met andere niveaus, zoals pre production en early production, afgeleid van bijvoorbeeld het Language Proficiency Handbook.

Het beoogde eindniveau varieert voor elk van de bovengenoemde scenario's. De kerndoelen zijn met niveau A1 van toepassing op (Vervroegd) Eibo. Sommige leerlingen komen boven dit niveau uit en/of kunnen meer onderwerpen aan.
Het aantal uren (effectieve 'kindtijd') dat de school aan Engels besteedt, is voor een groot deel bepalend: met minder dan 1 uur Engels per week kindtijd in groep 7 en 8 is het leerrendement en het bereiken van het basisniveau A1 (afstemming op de kerndoelen) aan het eind van groep 8 niet goed mogelijk. Bij scenario 2 en 3 komen naar verwachting alle leerlingen boven A1 uit.

Bronnen:

  • Language proficiency handbook
  • www.isbe.net
  • Bodde-Alderlieste, M. e.a. (2001). Werken in Fasen. Groningen: Wolters-Noordhoff.
  • Bodde-Alderlieste, M. e.a. (2001). Oriëntatie op Engels in het basisonderwijs. Groningen: Wolters-Noordhoff.
  • Europees Referentiekader
  • Taalprofielen
  • (2000). Hello World. Den Bosch: Malmberg.
  • Informatie over CLIL: www.clilcompendium.com of www.europeesplatform.nl
  • Groot, P. (2006). Stepping Stones...op weg naar vroeg vreemde talenonderwijs. Europees Platform voor het Nederlandse Onderwijs.

Toelichting: Eibo

Eibo = 'Engels in het basisonderwijs'. Het is verplicht vanaf groep 7. Er wordt ca. een uur per week aan Engels besteed, in 1 keer of over meerdere dagen verspreid.

Vervroegd Eibo = Engels start eerder dan groep 7. Er wordt ca. een uur besteed aan Engels per week.

Versterkt Eibo = enkele uren per week Engels in groep 7 en 8, bijvoorbeeld met het oog op internationale uitwisseling.

Toelichting: Engelstalig

Engelstalig = iedere vorm van Engelstalig, dus niet alleen Britsengels.

Toelichting: Pre-productieve stadium

Pre-productieve stadium = nog niet zelf produceren van taal maar herkennen en naspreken, meezingen.

Early production = het nazeggen van vaak herhaalde woorden; vragen beantwoorden met yes of no; het uitvoeren van eenvoudige opdrachten.

Toelichting: Profiel vakleraar Engels

De leraar Engels voldoet aan het volgende profiel:

  • Zij is vakleraar (Engels) en zo mogelijk ook groepsleraar;
  • Zij is native of near-native English Speaking Teacher (EST);
    De native speaker heeft een goede beheersing van het Nederlands op niveau B1/B2 van het ERK en kennis van het Nederlandse schoolsysteem;
    De near-native leraar beheerst het Engels op C1/B2 van het ERK.
  • Zij gebruikt de doeltaal als voertaal in de klas;
  • Zij heeft een professionele houding;
  • Zij is bekend met vakdidactiek vreemdetaalverwerving van jonge kinderen, m.n. vvto;
  • Zij is bereid tot bij- en nascholing in taalvaardigheid en vakdidactiek;
  • Zij is bereid tot samenwerking en collegiale consultatie/intervisie met collega's;
  • Zij is in staat om te differentiëren.

Toelichting: (Near-)native speaker

Native speaker/English speaking teacher (EST) = een Engelstalige leraar (Engels als moedertaal).

Near-native speaker = een leraar die het Engels zeer goed beheerst en praktisch moedertaalspreker is van het Engels.

Toelichting: Early English

Early English = Engels vanaf groep 1.

Toelichting: TPR/Total Physical Response

TPR/Total Physical Response = het uitvoeren van opdrachten die worden gegeven (en/of voorgedaan) in de vriendelijk gebiedende wijs; bijvoorbeeld 'Stand up, toch your hair, touch your nose, sit down'.

Toelichting: Profiel groepsleraar Engels

De groepsleraar die Engels geeft, voldoet aan het volgende profiel:

  • Zij is geïnteresseerd in en gemotiveerd voor vvto;
  • Zij is bereid om bij- en na te scholen;
  • Zij is bereid en in staat om samen te werken met de Engelstalige leraar;
  • Zij is bereid tot intervisie en collegiale consultatie t.b.v. vvto;
  • Zij heeft een redelijke beheersing van het Engels (B1/B2 van het ERK).

Toelichting: Pre-productieve stadium en early production

Pre-productieve stadium = nog niet zelf produceren van taal maar herkennen en naspreken, meezingen.

Early production = het nazeggen van vaak herhaalde woorden; vragen beantwoorden met yes of no; het uitvoeren van eenvoudige opdrachten.

Toelichting: Vakdidactisch repertoire

Vakdidactisch repertoire = de specifieke didactiek, inclusief onderwerpen, werkvormen enz., passend bij het vakgebied voor deze leeftijdsgroep.

Toelichting: Luister- en leesstrategieën

Luister- en leesstrategieën voor de middenbouw = bijvoorbeeld de titel of een illustratie bekijken om te kunnen voorspellen waar het over zal gaan; n.a.v. richtvragen alleen bepaalde informatie uit een tekst halen.

Toelichting: Teacher Talk

Teacher Talk = het gebruik van de doeltaal als voertaal in de les door bijvoorbeeld het geven van instructies in het Engels.

Toelichting: Thema's en onderwerpen

(Eibo-)thema = een aantal onderwerpen die bij elkaar horen, bijvoorbeeld: naam, leeftijd, adres horen bij het Eibo-thema 'kennismaken met elkaar'.

Onderwerp = een deel van een Eibo-thema (persoonlijke gegevens), bijvoorbeeld: getallen (zeggen hoe oud je bent), adres (vragen/zeggen op welk adres iemand woont).

De Eibo-thema's zijn:

  • kennismaken met
  • wonen
  • vrijetijdsbesteding en hobby's
  • eten en drinken
  • tijdsaanduiding
  • beschrijven van personen
  • op straat
  • in de winkel
  • in de klas
  • feesten
  • het weer

De inhoud van de meeste thema's wordt in groep 5 t/m 8 uitgebouwd.
Bijvoorbeeld bij het thema 'wonen':

  • in groep 5 het woonadres;
  • in groep 6 het huis met de vertrekken;
  • in groep 7 landen en nationaliteiten;
  • in groep 8 de inrichting van je kamer en de regio waarin je woont (north, west, etc.).

Nb. De thema's en/of onderwerpen worden in elke groep op een eigen niveau aangeboden en verwerkt. Ook zijn er onderwerpen die alleen in groep 7 en 8 aan de orde komen.

Toelichting: Extensief en intensief lezen

Extensief lezen = het lezen van (grotere) teksten waarbij de lezer niet ieder woorden hoeft te weten of te begrijpen, zoals bij het lezen van een boekje of een bladzijde uit een tijdschrift.

Intensief lezen = het lezen van korte teksten waarbij de lezer (bijna) ieder woord begrijpt.

Toelichting: Vvto

Vroeg vreemdetalenonderwijs (vvto) = Engels vanaf groep 1 of eerder: geen lesjes Engels maar een aantal dagelijkse activiteiten wordt in het Engels aangeboden.

Toelichting: Leesaanbod

  • Het gaat om informatie betreffende henzelf, hun familie en directe concrete omgeving;
  • De teksten zijn eenvoudig en helder van structuur;
  • De indeling en afbeelding bij de tekst geeft visuele ondersteuning bij het begrijpen van de tekst;
  • Het taalgebruik is zeer eenvoudig;
  • Het betreft bijvoorbeeld advertenties, menu's en dienstregelingen of korte, eenvoudige, persoonlijke brieven;
  • De woorden zijn kort en hoogfrequent, bekend uit de eigen taal of behorend tot internationaal vocabulaire.

Toelichting: Luistervaardigheid

  • Het gaat om informatie betreffende de kinderen zelf, hun familie en directe concrete omgeving;
  • De teksten zijn relatief kort;
  • Het taalgebruik is zeer eenvoudig;
  • De zinnen zijn gescheiden door pauzes;
  • De spreker spreekt zorgvuldig, langzaam en duidelijk.