Zoeken
verfijn de resultaten
Vanaf twee banken op een knoop in het touw springen en enkele keren heen en weer zwaaien en terug op de kast proberen te komen.
Vanaf een kast (ongeveer 80 cm hoog) op de knoop in het touw springen en na twee zwaaien met een halve draai landen op de mat.
Met z'n tweeën tegelijkertijd op de knoop in het touw springen en tien keer heen en weer zwaaien met halve draaien.
Achterover duikelen om duikelstang op borsthoogte met afzet op de kastkop:
- verschillende vormen van rollen en duikelen: voorover en achterover, op, aan en om toestellen;
- klauteren en klimmen op en aan toestellen;
- zwaaien op en aan toestellen.
Met hulp van andere kinderen en ondersteuning van de ringen op halve reikhoogte een salto achterover tot stand maken.
Interferentiefouten = fouten in de ene taal, bijvoorbeeld het Engels, die ontstaan vanuit de spelling van de moedertaal, bijvoorbeeld het Nederlands.
Voorbeelden hiervan zijn: hobby's (Ned.) i.p.v. hobbies (Eng.) en Englisch i.p.v. English.
Over een bank aanlopen en over de kast die ongeveer 30 cm hoger is dan de bank een wendsprong maken (handen in het verlengde van de aanloop zetten en landen met je gezicht in de richting waar je vandaan kwam).
Na een korte aanloop afzetten op een reutherplank en een wendsprong maken over een kast van ongeveer 80 cm.