Zoeken
verfijn de resultaten
In deze publicatie wordt bewegen verbeteren, bewegen regelen, gezond bewegen en bewegen beleven uitgewerkt in kernactiviteiten en deelnameniveaus.
Wat is bij wiskundige contextopgaven het effect op de score als de representatie van de probleemsituatie verandert van tekst naar voornamelijk beeld?
Dit proefschrift gaat over ontwerp, uitvoering en evaluatie van taalgericht reken-wiskundeonderwijs voor leerlingen met uiteenlopende taalachtergrond.
Hoe leren kinderen in het basisonderwijs teksten schrijven? Hoe goed moeten ze daarin worden? En hoe kunnen leerkrachten hen daarbij ondersteunen?
Dit boek beschrijft de verkaveling van de taalverwerving op scholen en geeft handvatten hoe met deze verkaveling om te gaan.
Beeldaspecten zijn de zichtbare kenmerken die aan beelden te onderscheiden zijn (vorm, kleur, ruimte, textuur en compositie). Kennis over beeldende aspecten geven zowel de maker, als de beschouwer meer houvast bij het omgaan met beelden. Bij tekenen heb je bijvoorbeeld te maken met de vraag: hoe kun je op het platte vlak deze vaas ruimtelijk weergeven? Bij het kijken naar een schilderij kun je getroffen worden door de wijze waarop de schilder de vaas geschilderd heeft.
Het monitorteam verzamelt gedurende het ontwikkelproces informatie en voert analyses uit op basis van de kwaliteitscriteria uit de werkopdracht. Teams en vakvernieuwingscommissies kunnen hun opbrengsten op basis van deze analyses verder versterken en afstemmen op andere leer- of vakgebieden.
De expertpoule bestaat uit inhoudelijke SLO-curriculumontwikkelaars met expertise op het gebied van de vakoverstijgende aspecten, zoals taal en rekenen in de andere vakken, samenhang en diversiteit. De expertpoule is beschikbaar voor de teams en vakvernieuwingscommissies om vakoverstijgende aspecten goed te beleggen. Ook werkt de expertpoule samen met het monitorteam bij het uitvoeren van de inhoudelijke analyses.
Kerndoel 5
De leerlingen leren naar inhoud en vorm teksten te schrijven met verschillende functies, zoals: informeren, instrueren, overtuigen of plezier verschaffen.
Kerndoel 8
De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het schrijven van een brief, een verslag, een formulier of een werkstuk. Zij besteden daarbij aandacht aan zinsbouw, correcte spelling, een leesbaar handschrift, bladspiegel, eventueel beeldende elementen en kleur.
Kerndoel 9
De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten.
Kerndoel 10
De leerlingen leren bij de doelen onder «mondeling taalonderwijs» en «schriftelijk taalonderwijs» strategieën te herkennen, te verwoorden, te gebruiken en te beoordelen.
Kerndoel 11
De leerlingen leren een aantal taalkundige principes en regels. Zij kunnen in een zin het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde en delen van dat gezegde onderscheiden. De leerlingen kennen - regels voor het spellen van werkwoorden; - regels voor het spellen van andere woorden dan werkwoorden; - regels voor het gebruik van leestekens.
Kerndoel 12
De leerlingen verwerven een adequate woordenschat en strategieën voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder «woordenschat» vallen ook begrippen die het leerlingen mogelijk maken over taal te denken en te spreken.