Zoeken
verfijn de resultaten
Tijdens de masterclasses verkennen we de basisvaardigheden met de definitieve conceptkerndoelen Nederlands en rekenen en wiskunde. We delen praktische tools voor curriculumvernieuwing op school.
Tijdens de masterclasses verkennen we de basisvaardigheden met de definitieve conceptkerndoelen Nederlands en rekenen en wiskunde. We delen praktische tools voor curriculumvernieuwing op school.
Het voortgezet onderwijs is volop in beweging. Hoe geef je als leraar vorm aan het curriculum? Krijg tijdens de webinar inzichten en praktische handvatten!
Wil je als schoolleider of teacher leader in het vo werk maken van curriculumontwikkeling? Meld je dan aan voor de masterclass!
Veel scholen worstelen met de invulling van hun burgerschapsonderwijs op school. Inzetten op rijk en betekenisvol taalonderwijs (met boeken!) biedt echter volop kansen. Maar hoe doe je dat? Hoe geef je vanuit de geactualiseerde kerndoelen Nederlands je taalonderwijs zo vorm dat je meteen inzet op de burgerschapsontwikkeling van je leerlingen?
Beeldaspecten zijn de zichtbare kenmerken die aan beelden te onderscheiden zijn (vorm, kleur, ruimte, textuur en compositie). Kennis over beeldende aspecten geven zowel de maker, als de beschouwer meer houvast bij het omgaan met beelden. Bij tekenen heb je bijvoorbeeld te maken met de vraag: hoe kun je op het platte vlak deze vaas ruimtelijk weergeven? Bij het kijken naar een schilderij kun je getroffen worden door de wijze waarop de schilder de vaas geschilderd heeft.
Het monitorteam verzamelt gedurende het ontwikkelproces informatie en voert analyses uit op basis van de kwaliteitscriteria uit de werkopdracht. Teams en vakvernieuwingscommissies kunnen hun opbrengsten op basis van deze analyses verder versterken en afstemmen op andere leer- of vakgebieden.
De expertpoule bestaat uit inhoudelijke SLO-curriculumontwikkelaars met expertise op het gebied van de vakoverstijgende aspecten, zoals taal en rekenen in de andere vakken, samenhang en diversiteit. De expertpoule is beschikbaar voor de teams en vakvernieuwingscommissies om vakoverstijgende aspecten goed te beleggen. Ook werkt de expertpoule samen met het monitorteam bij het uitvoeren van de inhoudelijke analyses.
Kerndoel 5
De leerlingen leren naar inhoud en vorm teksten te schrijven met verschillende functies, zoals: informeren, instrueren, overtuigen of plezier verschaffen.
Kerndoel 8
De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het schrijven van een brief, een verslag, een formulier of een werkstuk. Zij besteden daarbij aandacht aan zinsbouw, correcte spelling, een leesbaar handschrift, bladspiegel, eventueel beeldende elementen en kleur.
Kerndoel 9
De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten.
Kerndoel 10
De leerlingen leren bij de doelen onder «mondeling taalonderwijs» en «schriftelijk taalonderwijs» strategieën te herkennen, te verwoorden, te gebruiken en te beoordelen.
Kerndoel 11
De leerlingen leren een aantal taalkundige principes en regels. Zij kunnen in een zin het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde en delen van dat gezegde onderscheiden. De leerlingen kennen - regels voor het spellen van werkwoorden; - regels voor het spellen van andere woorden dan werkwoorden; - regels voor het gebruik van leestekens.
Kerndoel 12
De leerlingen verwerven een adequate woordenschat en strategieën voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder «woordenschat» vallen ook begrippen die het leerlingen mogelijk maken over taal te denken en te spreken.
Kerndoel 1
De leerling leert zich mondeling en schriftelijk begrijpelijk uit te drukken.
Kerndoel 2
De leerling leert zich te houden aan conventies (spelling, grammaticaal correcte zinnen, woordgebruik) en leert het belang van die conventies te zien.
Kerndoel 9
De leerling leert taalactiviteiten (spreken, luisteren, schrijven en lezen) planmatig voor te bereiden en uit te voeren.
Kerndoel 10
De leerling leert te reflecteren op de manier waarop hij zijn taalactiviteiten uitvoert en leert, op grond daarvan en van reacties van anderen, conclusies te trekken voor het uitvoeren van nieuwe taalactiviteiten.