Karakteristiek

17 september 2025

Doel beroepsgericht profielvak

Een beroepsgericht profielvak op het vmbo bereidt leerlingen voor op een beroep en op een passende vervolgopleiding in het mbo. Ze maken kennis met de praktijk van een werkveld en leren vaardigheden en kennis die ze later in de beroepspraktijk nodig hebben.

Leerlingen ontdekken waar hun interesses en talenten liggen, ontwikkelen praktische en sociale vaardigheden, en leren werken zoals in de echte werkomgeving. Zo verloopt de overstap naar het mbo soepeler en zijn ze beter voorbereid op hun toekomstige loopbaan.

Profielvak Zorg en Welzijn (Z&W)

Het profielvak zorg en welzijn richt zich op het werken met en voor mensen gericht op fysiek, psychisch en sociaal welbevinden. Leerlingen leren over het belang van gezondheid, een gezonde leefomgeving en zorg voor hulpbehoevenden. Ze leren te handelen op basis van de individuele behoeften van de persoon, rekening houdend met leeftijd of ontwikkelfase.

Kenmerkende werkomgeving

Leerlingen werken in een gesimuleerde omgeving van woonkamers, ziekenhuiskamers en keukens. Ze gebruiken huishoudelijke apparatuur, kookgerei en leren ICT-vaardigheden. Daarnaast leren ze omgangsvormen met cliënten en ontwikkelen sociale vaardigheden in verschillende situaties. Ze leren individuen of groepen te begeleiden bij leefstijl of gezondheidsgedrag, door sport, bewegen en gezonde voeding.

De profielmodules bieden een praktische basis voor de opleidingen en beroepen binnen het werkveld van zorg- en welzijn. De nadruk ligt op het ontwikkelen van praktische vaardigheden, brede kennis over de verschillende beroepen en een goede beroepshouding.

Profielmodules

1. Mens en gezondheid

Deze profielmodule richt zich op het ondersteunen van individuen of groepen bij keuzes voor een gezonde leefstijl. Leerlingen leren welke aspecten van invloed zijn op een gezonde leefstijl, gezonde maaltijden te bereiden en informatie op te zoeken over voedings-en leefgewoontes.

2. Mens en omgeving

De profielmodule mens en omgeving richt zich op het creëren van een verzorgde, schone en veilige leef- en werkomgeving. Leerlingen leren schoonmaak -en onderhoudswerkzaamheden uit te voeren met de bijbehorende planning en materialen. Ze werken aan de balie, richten ruimtes in en adviseren over hulpmiddelen.

3. Mens en activiteit

Deze profielmodule richt zich op het organiseren en begeleiden van activiteiten om het individu te activeren. Leerlingen leren de wensen en behoeften van een individu of groep te achterhalen en een passende activiteit te kiezen, plannen, uit te voeren en af te sluiten.

4. Mens en zorg

Leerlingen handelen ondersteunend bij zorgverlening aan een individu. Ze leren te ondersteunen bij eenvoudige verzorgende activiteiten, de hulpbehoefte in kaart te brengen, en rekening te houden met de gevoelens en wensen van het individu. Ze leren toepassingen van ICT en technologie in de hulpverlening te gebruiken. Ze leren de ernst van verwondingen in te schatten, of ze zelf hulp kunnen bieden of hulp moeten zoeken.