Werkgroep #1: Samenwerken als in de bergsport: op naar een nieuwe vakkenstructuur wiskunde!
De NVvW en SLO hebben de knelpunten van de vakkenstructuur wiskunde in de bovenbouw van havo en vwo geïnventariseerd. In totaal werden 2.500 leerlingen, leraren, docenten van vervolgopleidingen, decanen en schoolleiders ondervraagd. De resultaten van de inventarisatie worden besproken door een werkgroep, in opdracht van het ministerie van OCW. De werkgroep gaat conclusies en adviezen formuleren. In januari 2022 zullen zij hun advies uitbrengen aan de minister voor basis- en voortgezet onderwijs. Petra Hendrikse, oud-curriculumontwikkelaar wiskunde bij SLO, blogt over de bijeenkomsten van de werkgroep. Meer informatie? Kijk op vakkenstructuur wiskunde havo/vwo.
Amersfoort, 24 september 2021
Ruim een jaar lang heb ik, Petra Hendrikse, gevraagd naar ervaringen en meningen van diverse partijen rondom de vakkenstructuur wiskunde. Als curriculumontwikkelaar wiskunde bij de SLO heb ik, samen met collega’s, de knelpunten in de huidige vakkenstructuur in de bovenbouw van havo en vwo geïnventariseerd. Ik ondervroeg leerlingen, docenten, decanen, schoolleiders en vervolgopleidingen. Zij hebben niet altijd dezelfde wensen. Ik heb geprobeerd inzichtelijk te maken hoe dat komt.
Hoe verder?
Door de verschillende wensen in kaart te brengen, werd mij duidelijk hoe groot het verlanglijstje is met betrekking tot het wiskundeonderwijs. Dit is wat ik graag doe, inventariseren en analyseren. De uitkomsten heb ik op allerlei manieren en plekken gedeeld met anderen: via blogs, presentaties en het eindrapport. Vrijwel standaard kreeg ik eenzelfde vraag. ‘Wat moet er nu gebeuren?’
Het is me goed genoeg gelukt om mezelf van de complexiteit van het vraagstuk te doordringen, om te zien dat er op dit moment geen uitkomst is waar alle partijen blij mee zullen zijn. Ergens zullen er knopen doorgehakt moeten worden. Wie moet dat doen? En wat vraag je eigenlijk van mensen als je ze in het huidige klimaat van oordelen en polarisatie vraagt om knopen door te hakken? Toch is ‘wat moet er nu gebeuren’ ook een mooie vraag. Want nu is de kans.
De tijd is nu
Zelf houd ik van de bergsport. Ik stel ons als wiskundeonderwijsgemeenschap voor als een groep bergbeklimmers. Een poging om een wat moeilijkere top te bereiken kun je alleen doen als de weersvoorspellingen gunstig zijn. Voor veranderingen aan de vakkenstructuur wiskunde zijn de weersvoorspellingen uitermate gunstig. In de komende tijd zullen diverse vakvernieuwingstrajecten starten. Veranderingen bij wiskunde kunnen daarom in deze trajecten worden meegenomen. Veranderingen kunnen worden afgestemd: gaat er bij wiskunde iets af, dan kan er bij een ander vak iets bij. En vice versa. Dit is mogelijk omdat de verdeling van de tijd over de verschillende vakken opnieuw tegen het licht gehouden wordt.
Nu is er dus momentum. Als we te lang nadenken over de vakkenstructuur is dit moment weer voorbij. De volgende kans zou zich weleens over vele jaren pas weer kunnen aandienen. Als we echt iets willen veranderen aan de vakkenstructuur, dan moeten we deze kans aangrijpen. Doen we dat niet, dan zullen we moeten accepteren dat we zeer waarschijnlijk nog jaren met de huidige structuur te maken hebben.
Het ministerie van OCW heeft groen licht gegeven voor het inrichten van een werkgroep. De werkgroep zal pogen om op basis van de uitkomsten van onze inventarisatie tot een voorstel voor een nieuwe vakkenstructuur te komen. Gaat het ons als wiskunde-onderwijsgemeenschap lukken om tot een breed gedragen vernieuwing van de vakkenstructuur te komen?
Samenwerken aan een topprestatie
Nog even terug naar de bergsport. Een toppoging begint met stabiel mooi weer: dat is de ‘window of opportunity’. Toch is dat zeker geen garantie voor een geslaagde bergbeklimming. De leden van de touwgroep kunnen het niet eens worden over de te nemen route. Hun conditie, de voorbereiding, het materiaal of de meegenomen hoeveelheden kunnen onvoldoende zijn. Er kan onderlinge concurrentie ontstaan, bijvoorbeeld over de vraag wie vooraan loopt of als eerste gaat klimmen. Als dat gebeurt, zal de top niet worden gehaald.
Als wiskundeonderwijsgemeenschap beklimmen we gezamenlijk de berg. Onze hoop is om samen de top te bereiken, om te komen tot een nieuwe vakkenstructuur. Daarvoor is het belangrijk dat de gehele gemeenschap tezamen een goede touwgroep vormt, waarbij we allen hetzelfde doel voor ogen hebben. Ondanks onze onderlinge meningsverschillen.
Wat laat je als individueel lid van de touwgroep doorslaggevend zijn? Samen de top willen bereiken of jouw ideeën over wat er moet gebeuren?